De erfenis van Willie Mays

Honkballegende Willie Mays is sinds 18 juni jongstleden fysiek voltooid verleden tijd. De man wordt algemeen gezien als één van de allerbeste honkballers ooit, en volgens menigeen is hij zelfs de allerbeste. Ook al stond Joe DiMaggio er tot zijn heengaan in 1999 altijd op om bij bijeenkomsten geïntroduceerd te worden als “de grootste levende honkballer”, kwam die eer eigenlijk Willie Mays toe, gezien de uitzonderlijke statistieken waar Mays prat op kon gaan. Waardoor men op basis van feiten kan betogen dat de “say hey kid” de meest complete honkballer ooit was. Net zoals Pelé als meest complete voetballer ooit te boek staat. In ieder geval, The Athletic (de sportredactie van The New York Times) heeft Mays tot grootste honkballer allertijden gekroond.

Voordat Willie Mays in de Major League Baseball kon spelen was er een ander die voor hem en alle andere Zwarte profsporters in teamsporten de weg bereidde, en dat was Jackie Robinson. De MLB verkeerde in een crisis medio jaren ´40. Er was een gebrek aan talent en de wedstrijden waren saai, met als gevolg dalende toeschouwersaantallen. De MLB had duidelijk een nieuwe impuls nodig, en die vond men in de Zwarte spelers van de NL. In 1947 mocht Robinson als eerste Afrikaanse Amerikaan spelen voor een mainstream sportteam. Voordien speelden Zwarte topsporters slechts in de gesegregeerde zgn. Negro Leagues. Robinson was een goede honkballer, maar niet noodzakelijkerwijs de beste Zwarte honkballer. Maar hij was mede geselecteerd op zijn dikke huid. De leiding van de Brooklyn Dodgers wist dat de eerste Zwarte honkballer in de witte MLB gigantisch veel drek over zich heen zou krijgen. Het moest daarom sowieso een persoon zijn die daar niet zo snel van van slag zou raken. Robinson werd een succes waardoor uiteindelijk alle clubs in de MLB Zwarte spelers gingen contracteren.

Met de komst van supersnelle Zwarte spelers veranderde de manier waarop honkbal gespeeld werd in de MLB compleet. Met name het stelen van honken gebeurde sindsdien aan de lopende band, wat coaches dwong hun speelwijze aan te passen. Helemaal nadat Willie Mays zijn intrede deed in 1951.

Willie Mays kwam op 6 mei 1931 ter wereld in Westfield, Alabama. Hij speelde aanvankelijk voor de Black Barons in de NL. Nadat hij zijn middelbare school af had gerond tekende hij echter voor de New York Giants (vanaf 1957 de San Francisco Giants) en werd rookie van het jaar. Mays kreeg als bijnaam the say hey kid, omdat hij eens de naam van een teamgenoot was vergeten en toen als alternatief naar hem schreeuwde: “Say Hey!”. Zijn handelsmerk was zijn vangbal, waarbij hij de bal ving als met een mandje, beter bekend onder de naam ’the catch’.

Lang voor de legendarische rivaliteit tussen de basketballers Magic Johnson en Larry Bird aanving had Willie Mays een rivaliteit met de witte honkballer Mickey Mantle. Wie was er beter? Ondanks dat Willie Mays tot de eerste Zwarte superster in een grote Amerikaanse teamsport uitgroeide en zeker zijn fans had, kon hij vanwege zijn huidskleur nooit zo´n cultureel icoon worden als de blonde Mickey Mantle, hoe goed hij ook presteerde. De tijd was er simpelweg niet rijp voor. Ook waren er witte fans die zich ergerden aan zijn flamboyante manier van spelen: ze noemden hem een showboat (Zwarten zouden zeggen dat Mays ʽsoulʼ in de MLB bracht). Oftewel, Mays bereikte als Zwarte superster een glazen plafond.

Zowel binnen als buiten het sportveld leed Mays onder racisme. Zo werd hij geweigerd in bepaalde horeca als hij met zijn team op reis was. Op het veld had hij vaak te maken met beanballs (pitches die speciaal gegooid werden met als bedoeling om een tegenstander te verwonden of intimideren). Zwarte journalisten beklaagden zich daarover. De reactie van Mays was: “Zo nu en dan lees je …dat er het meest op de Zwarte spelers wordt gemikt. Dat kan zijn…sommige Zwarte spelers kunnen behoorlijk goed slaan.”

Om op het voorgaande in te haken, de grote Willie Mays werd ook nog wel eens bekritiseerd omdat hij zich afzijdig hield van de burgerrechtenbeweging. Het laconieke weerwoord van Mays was: “Ik vertoon me niet in de straten van Birmingham [Alabama], ik ben niet kwaad op de mensen die dat wel doen. Misschien zouden zij niet boos moeten zijn op de mensen die het niet doen.”

Juist terwijl in de loop van de jaren ´60 steeds meer beroemde Zwarte topsporters zoals Muhammad Ali en Jim Brown zich uit begonnen te spreken tegen racisme hield Willie Mays zich juist afzijdig. Jackie Robinson zei daar het volgende over eind jaren ´60: “Willie is knap en heeft veel talent…Maar hij is nooit volwassen geworden. Hij blijft de belangrijkste kwestie van onze tijd negeren. Hij heeft nooit fatsoenlijke begeleiding gehad in deze zaken en blijft waarschijnlijk zijn veiligheid slechts als een grote ster aanschouwen. Het is verdomd jammer dat hij nooit zijn aandeel heeft geleverd. Hij realiseert zich niet dat hij niet zou zijn waar hij nu is zonder de gevechten die anderen hebben gestreden. Hij denkt dat het niet zijn zorg is. Maar dat is het wel.”

Het ironische is weer dat dr. Martin Luther King zich gedroeg als een jonge fanboy toen hij Mays ontmoette. Ondanks dat Mays niet de maatschappelijke betrokkenheid toonde als sommige andere sportsterren schijnt hij toch gigantisch veel mensen geïnspireerd te hebben. Simpelweg door uitstekend te honkballen.

DJEHUTI-ANKH-KHERU

Share and Enjoy !

Shares
Dit bericht is geplaatst in The Grapevine Publications met de tags , , , , , , , . Bookmark de permalink.