Jimmy Carter

Op de valreep heeft voormalig Amerikaans president James Earl Carter jr. het jaar 2025 niet gehaald. Wat niet wegneemt dat de man zich een eeuw lang in levenden lijve op de aarde heeft mogen vertoeven. Ter wereld gekomen in het dorp Plains, gelegen in de zuidelijke staat Georgia. Hij was van huis uit officier bij de Amerikaanse marine. Later werd hij pindaboer en ging de politiek in. Zo zat hij van 1963-1967 in de senaat van Georgia en van 1971-1975 was hij gouverneur van betreffende staat. Desalniettemin werd hij in Washington D.C. gezien als onbekende politicus. In de ogen van buitenstaanders geschiedde er in november 1976 een klein wonder: een pindaboer uit Georgia werd vanuit het niets zo maar president van de VS!

President Carter koos officieel Zbigniew Brzezenski als zijn nationale veiligheidsadviseur. Maar in werkelijkheid was het andersom: het was Brzezinski die Carter selecteerde om president van de VS te worden, of beter gezegd, marionet van de Trilateral Commission…

De Trilateral Commission werd in 1973 opgericht door Zbigniew Brzezinski samen met generationele miljardair en kopstuk van de speculantenoligarchie, David Rockefeller. De Trilateral Commission is een semi-geheime organisatie die gedomineerd wordt door bankiers uit de VS, Europa en Japan. Het valt in één adem te noemen met organisaties als de Bilderberg groep, de CFR en het WEF. Met dien verschil dat het bij de Trilateral Commission niet slechts gaat om Noord-Amerika en Europa, maar dat de Japanse elite dus evenzo mee mag doen.

De onbekende gouverneur van Georgia kwam in het oog bij de Trilateral Commission door zijn handelsmissie naar Zuid-Amerika in 1972, om de handel tussen Georgia en Zuid-Amerika te bevorderen. Zo kon het gebeuren dat Jimmy Carter op 31 mei 1975, na voorgesteld te zijn door Gianni Agnelli (de baas van Fiat) uitverkoren werd door de Trilateral Commission om hun presidentskandidaat te worden. Met succes, want op 2 november 1976 werd Carter tot 39e president van de VS gekozen.

Het presidentschap van Carter wordt niet gezien als succesvol. Zo deed tijdens zijn termijn het merkwaardige fenomeen stagflatie zijn intrede. Dat houdt in hoge werkloosheid gecombineerd met hoge inflatie en weinig economische groei. Voorheen dachten economen dat het onmogelijk was dat al deze ʽplagenʼ gelijktijdig een economie konden treffen. Toch kreeg de regering Carter het voor elkaar. Dus moest er speciaal een woord voor bedacht worden. Hence stagflatie.

Verder heeft Carter zijn neus hard gestoten aan Iran. Tijdens zijn regeerperiode kwamen de islamisten aan de macht in Iran ten koste van de sjah (Amerikaanse bondgenoot). Op 4 november 1979 gedoogde de islamistische regering dat militanten de Amerikaanse ambassade innamen en 53 Amerikanen gijzelden. De regering Carter wist het probleem niet op te lossen middels diplomatie en gaf uit wanhoop het leger de opdracht een reddingsoperatie te ondernemen, die hopeloos faalde. Maar vreemd genoeg bleef de regering Carter doodleuk wapens leveren aan Iran. Wel lukte het veiligheidsadviseur Brzezinski om de Sovjets Afghanistan in te lokken door plaatselijke islamisten te steunen. Waarmee de basis werd gelegd voor het latere moslimterrorisme. Tot overmaat van ramp wist het team van Ronald Reagan een deal te sluiten met de Iraanse islamisten om de gegijzelde Amerikanen pas na de presidentsverkiezingen vrij te laren. Ondanks dat Carter reeds overeen was gekomen bevroren Iran´s geld vrij te geven in ruil voor de gegijzelden. Dit alles zorgde ervoor dat Carter na één termijn het Witte Huis alweer moest ontruimen. Al kon hij nog wel als wapenfeit vermelden dat hij de Israëli´s en Palestijnen zover had gekregen om op buitenverblijf Camp Davis akkoorden te sluiten.

Echter, na zijn mislukte presidentschap begon Carter zijn beste beentje voor te zetten. Zo zette hij o.a. The Carter Center op, een instituut bedoeld om vrede en gezondheid over de hele wereld te bevorderen. Het Carter Center heeft geholpen het leven van mensen in meer dan 80 landen te verbeteren door conflicten op te lossen en democratie, mensenrechten en economische kansen te bevorderen; ziektes te voorkomen; en geestelijke gezondheidszorg te verbeteren.

Doch waar ex-president Carter vooral bekend om is geworden is dat hij zijn nek uitgestoken heeft voor de Palestijnse zaak. Toch opmerkelijk aangezien de zionistische lobby de ganse landelijke Amerikaanse politiek in zijn greep heeft. Zo schreef Carter in 2006 het boek Palestine, Peace Not Apartheid, waarin hij de zionistische entiteit keihard beschuldigt van het bedrijven van apartheid. Carter wees hierbij o.a. op het bouwen van de Westelijke Jordaanoeverbarrière, het onverminderd uit de grond stampen van illegale nederzettingen en de toenemende aanwezigheid van militaire controleposten. De backlash die Carter kreeg van de mainstream media en de academische wereld was dan ook niet voor de poes: het werd als compleet belachelijk bestempeld dat een ʽbeschaafdʼ land als Israël zich schuldig maakte aan apartheid. Maar ook van binnenuit was de kritiek niet mals: veertien leden van het Carter Center namen zelfs ontslag.

Als Carter in 2006 nog politieke ambities zou hebben gehad, dan was het natuurlijk einde oefening geweest na de publicatie van Palestine, Peace Not Apartheid. Maar als staatsman in ruste koos hij toch rustig zijn eigen onstuimige pad. Carter was een marionet van de Trilateral Commission, maar helaas voor de heer Carter draagt het wanbeleid van de Trilateral Commission wel zijn naam. Echter, als ex-president was Carter een heel stuk succesvoller. Sterker nog, historici hebben wel geconcludeerd dat Carter de grootste ex-president is die de VS ooit heeft gehad.

DJEHUTI-ANKH-KHERU

Share and Enjoy !

Shares
Dit bericht is geplaatst in The Grapevine Publications met de tags , , , , , , , , , , , , . Bookmark de permalink.