China en Taiwan (2)

Het wordt nog wel eens vergeten, maar eveneens Taiwan heeft een oorspronkelijke bevolking. Momenteel vormen ze nog slechts zo’n 2% van de algehele bevolking op het eiland. Zij worden tot de Austronesisch-sprekende volkeren gerekend, volkeren die nog altijd te vinden zijn in een reeks landen in Zuidoost Azië, de Grote Oceaan en de Indische Oceaan zoals bijvoorbeeld Vietnam, Cambodja, Thailand, Micronesië, Melanesië, Nieuw-Guinea, etc., tot aan Madagaskar aantoe. Collectief worden deze inheemse volkeren ook wel Austronesië genoemd. De discussie aan wie het eiland Taiwan toebehoort is recentelijk weer tot ongekende hoogtes opgelaaid, maar in die discussie worden de Austronesiërs dus compleet over het hoofd gezien…

Zo vroeg als 239 AD wordt er in Chinese annalen melding gemaakt van Taiwan. Indertijd zond de keizer een missie van 10.000 man om het te verkennen. Zo werden er in de loop van ruim duizend jaar een aantal expedities naar Taiwan gestuurd vanuit het vasteland. Tevens werd het wel bezocht door vissers en waren er ter plaatse voor de twaalfde eeuw Chinese nederzettingen gevestigd. Maar naast een enkele visser of boer hadden vooral Chinese (en Japanse) piraten interesse in Taiwan om het te gebruiken als uitvalsbasis. Hoe dan ook, er waren in die dagen inderdaad Chinezen woonachtig op Taiwan, doch een beperkt aantal, omdat voet op Taiwanese bodem zetten niet van gevaar ontbloot was. De inheemse bevolking was weerbaar en had de reputatie koppensnellers te zijn. Hetgeen niet uitnodigde tot massale immigratie. Om die reden noemden de Chinezen Taiwan “De poort van de hel”.

Echter, toen de VOC in 1622 op het vasteland van China mensen begon te kidnappen, de havenstad Macao aanviel en tot overmaat van brutaliteit zelfs een fort op de Penghu-eilanden in de Straat van Taiwan begon te bouwen, wekte deze VOC de toorn op van de Chinese autoriteiten, die de Penghu-eilanden als Chinees grondgebied zagen. Onder druk van de woedende Chinezen verliet de VOC de Penghu-eilanden weer en poogde vanaf 1624 voet aan de grond te krijgen op hetgeen de Portugezen eerder hadden omgedoopt tot Ilha Formosa (prachtig eiland). Uiteindelijk wist de VOC in 1642 het gezag op het ganse eiland over te nemen, o.a. door de Spanjaarden te verjagen van het noordelijk part. De VOC was aanvankelijk slechts geïnteresseerd in de handel met China en Japan, maar eenmaal aanwezig op Formosa (Taiwan), ontdekten ze dat er ter plaatse vruchtbare grond was waar lucratieve gewassen als rijst en suiker verbouwd konden worden. De arbeiders om het land te bewerken werden uit China gehaald, aangezien de inheems bevolking geen landbouwers zouden zijn. Zodoende werd het Chinese element in de bevolking van Taiwan steeds dominanter vanaf de heerschappij van de VOC. Met de toename van de Chinese immigratie nam evenzo de nijverheid toe, waardoor de VOC haar kans schoon zag om hoge belastingen op te leggen. Wat weer tot ontevredenheid leidde bij de Chinezen.

Formosa was een lucratieve kolonie voor de VOC, maar op 1 februari 1662 dwong de Chinese piraat Zheng Chenggong de Nederlanders tot overgave in naam van de Ming-dynastie . Dit was een historische gebeurtenis. Het was namelijk de eerste maal sinds de kruistochten dat een overzeese Europese kolonie middels gewapende strijd ‘bevrijd’ werd van Europese overheersers. Anderzijds, het voorgaande zet wel vraagtekens bij de claim dat Taiwan altijd bij China heeft gehoord. Het heeft sinds 1662 inderdaad voornamelijk onder het gezag van China gestaan, doch beslist niet sinds aanvang van de duizenden jaren oude Chinese beschaving.

De Chinese heerschappij over Taiwan ging wat de plaatselijke bevolking betreft niet altijd over rozen. De Chinese gouverneurs die Taiwan bestuurden beschouwden het eiland vooral als een achterlijk periferie-gebied en stelden zich meedogenloos op. Het gevolg van deze onderdrukking was dat de plaatselijke bevolking veelvuldig in opstand kwam.

Vanwege haar commerciële en strategische waarde bleven grote mogendheden hun zinnen op Taiwan zetten. Maar dat bleek niet eenvoudig. De inheemse bewoners hadden nog altijd de gewoonte om buitenlandse zeelieden die schipbreuk hadden geleden af te maken. Zo werd in 1867 de gehele bemanning van een Amerikaans schip gedood. De Amerikanen dachten een strafexpeditie te sturen, ook zij werden echter verslagen en gedwongen zich terug te trekken. Omgekeerd hoefden de inheemsen in betreffende strijd geen enkelslachtoffer te betreuren. Frankrijk trachtte Taiwan in te lijven ten tijde van de Chinees-Franse oorlog (1884-1885). Frankrijk won de oorlog weliswaar, maar trok na aanvankelijk succes te hebben geboekt uiteindelijk wel aan het kortste eind in de slag om Taiwan.

Nadat in 1871 een Japans schip schipbreuk had geleden en 54 bemanningsleden waren onthoofd door inheemsen, weigerde de Qing-dynastie schadevergoeding te betalen, met als argument dat ze de inheemsen niet onder controle hadden. Hierop zond Nippon een strafexpeditie die pas in 1874 weer vertrok, nadat de schadevergoeding was betaald. Dit was slechts een voorbode van hetgeen zou volgen. In 1894 brak er oorlog uit tussen China en Japan over de botsende belangen van beide landen in Korea. Japan triomfeerde in het militaire conflict en dwong in 1895 af dat China zowel de Penghu-eilanden als Taiwan afstond. Zodoende kwam Taiwan in Japanse handen. Taiwan werd de eerste Japanse kolonie. Niet alle Taiwanezen stonden negatief tegenover de Japanse overheersing aangezien de Japanners succesvol waren in het vestigen van orde, het bestrijden van ziektes, het bouwen van infrastructuur en het opzetten van een moderne economie. Bovendien werd Taiwan na Japan het meest ontwikkelde land van Azië.

DJEHUTI-ANKH-KHERU

Share and Enjoy !

Shares
Dit bericht is geplaatst in The Grapevine Publications met de tags , , , , , , . Bookmark de permalink.